De kerkgenootschappen hebben een klachtenprocedure opgesteld voor mensen die slachtoffer zijn van seksueel misbruik in een kerkelijke relatie.
Als kerkenraad is het fijn als u weet hoe de klachtenprocedure in zijn werk gaat. Enerzijds zodat u weet wat u kunt verwachten wanneer iemand in uw gemeente een klacht indient, maar anderzijds omdat u een slachtoffer ook kunt verwijzen naar de klachtenroute.
Hieronder vindt u de klachtenprocedures. Deze is verschillend voor de Hersteld Hervormde Kerk en de gereformeerde kerken. Klikt u daarom op het blok dat voor u van toepassing is.
Het doorlopen van deze klachtenprocedure geeft uiteindelijk een tweeledige uitspraak:
De eerste uitspraak is bindend, daar kan de kerkenraad niets aan veranderen. De tweede uitspraak, namelijk het advies voor afhandeling, is een advies. We raden de kerkenraad aan dit advies op te volgen.
Gegrond of ongegrond
De klachtencommissie of het RCO (HHK) doet, na onderzoek, uitspraak over de gegrondheid van de klacht. De vraag is dan: was er sprake van seksueel misbruik en heeft dit plaatsgevonden binnen of vanuit de kerkelijke relatie?
Een uitspraak 'ongegrond' kan dus ook betekenen dat het misbruik wel heeft plaatsgevonden, maar niet binnen de kerkelijke relatie. De klachtencommissie of het RCO legt daarom in de regel de gegrondheidsuitspraak ook uit.
Advies voor afhandeling
De klachtencommissie of het RCO geeft een advies voor afhandeling. Dit doet zij op basis van de kerkorde van het kerkgenootschap waarbinnen de beschuldigde en dus ook de kerkenraad zich bevindt. Deze afhandeling kan pastoraal van aard zijn, maar bijvoorbeeld ook met tuchtmaatregelen.
